Screenshot YouTube
Als Belgische Jodin ervaart ze in Nederland meer zicht- en voelbare steun bij een duidelijke toename in beide landen van publieke Jodenhaat. Na 7 oktober 2023 zijn we in een ander tijdperk terecht gekomen, merkt ze op. Israël is de enige safe haven (veilige schuilplaats) voor Joden, luidt haar stellige conclusie. “Ons land moeten we met hand en tand verdedigen opdat “never again” geen holle frase wordt.” Een verslag van een boeiend, informatief interview.
Zou u zich kort willen introduceren?
Mijn naam is Jonath Weinberger. Ik ben een 36-jarige docent geschiedenis-Nederlands en heb vier kinderen. Ik ben geboren en getogen in Gent en maakte op mijn 18e aliyah naar Israël. Mijn grootvader, Samuel Weinberger, was een Joodse immigrant uit Tsjecho-Slowakije. Hij overleefde drie jaar Auschwitz, maar zijn vrouw en vier kinderen werden er meteen bij aankomst in de gaskamers vermoord. Na de oorlog stichtte mijn grootvader in Gent een nieuw gezin met een christelijke vrouw. Ik besloot om me op orthodoxe wijze naar het Jodendom te bekeren op mijn twintigste.
Op X vertelde u recent dat op sabbat in Amsterdam u en uw zoontje (4) werden nageroepen. Een moeder met kind schreeuwde “Free Palestina”. Uw zoontje droeg zijn keppeltje. Hoe reageerde uw zoontje? En u?
Jonath Weinberger: Mijn zoontje van vier had er niets van begrepen, gelukkig maar. Echter, ik was enorm verontwaardigd en gechoqueerd. Het is helaas niet de eerste keer dat ik of andere familieleden antisemitisch leuzen kregen toegeschreeuwd. De meest choquerende factor was dat het een moeder met kind betrof die ons dit met veel haat toeriep. Wat voor een opvoeding is dit? Wat een haatdragende indoctrinatie… Beangstigend.
Overkomt u dat vaker?
Jonath Weinberger: Ja, dit is niet de eerste keer. “Zionist, vuile Jood, Free Palestina…” Ik en mijn kinderen hebben helaas reeds wat verwensingen de revue zien passeren.
Bestaat er een verschil tussen Nederland en België qua antisemitische attitudes, qua maatschappelijk klimaat voor Joden?
Jonath Weinberger: Er zijn parallellen, maar ook verschillen. De parallel is dat het antisemitisme helaas vaak uit moslimfundamentalistische hoek komt. Er is ook in beide landen een duidelijke toename waar te nemen sinds 7 oktober.Nederland verschilt dan wel weer in positieve zin dat er gelukkig ook steun voelbaar is. Op mijn tweet kwamen enorm veel steun reacties waarin mensen me een hart onder de riem staken en verzekerden dat Nederlanders achter ons staan. Zo beleefde ik de dag na het antisemitische incident een mooi moment toen een oude Amsterdammer vertederd “Sjalom” naar ons riep en zei dat hij het zo mooi vond om mijn zoontje met keppeltje te zien. De Joodse gemeenschap in Nederland kan rekenen op veel steun uit christelijke hoek, zoals Christenen voor Israël, die fantastisch werk leveren. In Vlaanderen is het qua antisemitisch klimaat hetzelfde, maar is er helaas ook weinig steun. We voelen ons geïsoleerd.
De Israëlische wetenschapper dr. Eliyahu Sapir (Universiteit Maastricht) stelt over de vigerende Jodenhaat in West-Europa:
“Het belangrijkste probleem ligt in de wijdverspreide onverschilligheid van de reguliere samenleving. Gewone mensen -die wakker worden, naar hun werk gaan en naar huis terugkeren naar hun gezin- hebben de hatelijke spreekkoren grotendeels genegeerd en hebben niet geprotesteerd tegen de oproepen tot genocide. Deze apathie is vooral verontrustend gezien de historische context van Nederland.”
Deelt u zijn observatie? En valt deze apathie (ook in België?) te doorbreken?
Jonath Weinberger: Er is inderdaad een groot gebrek aan empathie wanneer het Joodse levens betreft. Onwetendheid en desinformatie is de voornaamste reden hiervan. Dit is grotendeels te wijten aan de manier waarop onze westerse media aan berichtgeving doen, alsook aan hoe men het hoofdstuk “Israël en de Palestijnen” doceert op onze scholen en universiteiten. Hier ligt dus de sleutel voor het doorbreken van dit patroon.
U geeft in België geschiedenisles en hebt ook onderzoek gedaan naar de behandeling van het Israëlisch-Palestijns conflict in leerboeken. Wat zijn uw bevindingen?
Jonath Weinberger: Mijn bevindingen zijn dat alle leermethodes, die ik onderzocht heb, fouten bevatten en eenzijdig zijn. Dit gaat van het opzettelijk weglaten van cruciale context tot foutieve bronnen aanhalen, of zelfs gewoon foute informatie voorleggen aan leerlingen.
En wat waren uw eigen bevindingen als leerlinge?
Jonath Weinberger: Als leerlinge vond ik het verschrikkelijk hoe mijn geschiedenisdocent dit hoofdstuk aanpakte. Ik zal nooit zijn introductie vergeten: “Stel je voor dat je een mooi huis met een tuin bezit en plots komen er mensen in je tuin kamperen, na een tijdje willen ze er niet meer weg en claimen ze dat het van hen is…” Dat was volgens hem wat de Joden hebben gedaan na de Tweede Wereldoorlog in “Palestina”. Bovendien had mijn leerkracht geen les gegeven over de Shoah. Er waren wel enkele pagina’s in onze cursus hieraan gewijd, maar wegens “tijdsgebrek” doceerde hij dit onderwerp niet en mochten we dat hoofdstuk thuis lezen indien we wilden. Alsof er veel leerlingen dit gedaan hebben… Dan nam ik maar het heft in eigen handen en gaf dat schooljaar zelf een spreekbeurt over de Shoah voor het vak Nederlands.
Saillant genoeg zijn uw beide ouders ook historici. Wat gaven zij u mee over de Joodse geschiedenis?
Jonath Weinberger: Ik kwam reeds op jonge leeftijd in aanraking met het Jodendom. Mijn moeder, hoewel niet Joods, vond het belangrijk dat ik mijn roots leerde kennen. Ik vierde de feesten in de Joodse gemeenschap van Gent en er werden ook Hebreeuwse lessen georganiseerd bij ons thuis. Ook bezocht ik als kind veel musea. Het Anne Frankhuis liet een diepe indruk na op mij. Later verdiepte ik me meer in de Shoah en de ontstaansgeschiedenis van de staat Israël. Omdat het huis van mijn ouders volgestopt is met geschiedenisboeken en documentaires, zat ik dus direct aan de bron.
Ze hebben beiden gestudeerd aan de Universiteit Gent. Die onderscheidt zich momenteel vooral door alle academische relaties met de Israëlische wetenschappelijke wereld te willen verbreken. Dat moet voor hen verschrikkelijk zijn. Welke reacties peilt u bij hen?
Jonath Weinberger: Mijn ouders vinden de alom aanwezige BDS-atmosfeer en onwetendheid betreffende Israël tenenkrommend. Mijn moeder tracht wel nog af en toe haar steentje bij te dragen door artikels te schrijven voor het Belgische magazine Joods Actueel, waarin ze foute aantijgingen tegen Israël als historica weerlegd. Maar ik merk ook een gevoel van defaitisme. Niet enkel bij mijn ouders, bij velen.
Hoe stelt de Joodse gemeenschap in België zich teweer tegen antisemitisme? En uit welke politieke en/of maatschappelijke hoek ontvangt zij daarbij ook (openlijke) steun? Bent u daarbij actief betrokken?
Jonath Weinberger: Als Jood in België staan we vrij eenzaam. Er zijn hier en daar wel lieve mensen die steun tonen en actie ondernemen, maar helaas te weinig tegen de stroom van haat. Enkele maanden geleden is een groepje ontstaan onder leiding van Michel Kotek, een Nederlandse Jood, woonachtig in België, die actief antisemitisme wenst te bestrijden. De organisatie, JID (Joods Informatie- en Documentiecentrum), hoopt met “stop antisemitisme” een vuist te maken tegen het virulent aanwezige antisemitisme te België. Zowel Joden als niet-Joden maken deel uit van de groep, en ook ik tracht mijn bescheiden steentje bij te dragen.
Op 7 oktober, de dag van de massamoord van Hamas op Israëlische burgers, verbleef uw dochter in Israël, waar zij onderwijs volgt. Wat zijn uw herinneringen aan die “zwarte sabbat”?
Jonath Weinberger: Ook mijn zoontje van 10 was toen met zijn vader aanwezig om familie te bezoeken. Omdat het een Joodse feestdag was, kreeg ik het pas later op de dag via via te horen. Het was natuurlijk erg choquerend. Gelukkig was mijn familie veilig, maar mijn zoontje was wel echt geschrokken. Hij had nog nooit zo’n luchtalarm meegemaakt. Bij mij heeft het dagen geduurd eer ik de schaal van deze pogrom kon bevatten.
In hoeverre bepaalt die pogromsdatum uw persoonlijk en gezinsleven?
Jonath Weinberger: Het besef is er dat we in een ander tijdperk zijn terechtgekomen. Eén waar we extra alert moeten zijn. Ik ben, indien dat zelfs mogelijk is, nog zionistischer geworden. Ik besef dat de enige safe haven voor Joden Israël is en dat we ons land met hand en tand moeten verdedigen opdat “never again” niet tot een holle slagzin verwordt.
Sjoa-onderzoeker dr. Amanda Kluveld en historicus Bas Belder stelden de vragen.
Prima artikel.
De hedendaagse jodenhetze is het antisemitisme al lang voorbij. Het komt eerder neer op hulde aan het barbarisme, het banaliseren van de wreedheid, van de gruwel (cfr. H. Arendt en dr. Dan Schueftan). Deze zijn de onmiskenbare bouwstenen van genocidaal betoog (cfr. prof. Y. Bauer en prof. H. Van Goethem).
Dan is er geen kwestie van zich meer of minder zionistisch te voelen. Het gaat er om de verdediging van de meest elementaire beschaving.
The single most sustainable avenue to uproot hatred towards anything Jewish is addressing ignorance let alone unawareness among bystanders about the longstanding Jewish presence and contribution in their own biotope.
Most bystanders never met a Jew in their daily lives.
While the last witnesses are leaving…