Synagoge Rykestrasse, Berlijn. Foto Wikipedia
“De 7e oktober was geen terreuraanslag. "Het was het begin van een nieuwe, wereldwijde antisemitische oorlog, waarin alle Jodinnen en Joden zich aangevallen voelen, omdat zij allen aangevallen worden.” Zo beschreef de journaliste en cineaste Esther Shapira april 2024 de waarneming van veel Jodinnen en Joden in Duitsland.
Met dit citaat starten de wetenschappers Marina Chernivsky en Friederike Lorenz-Sinai hun bijdrage aan een speciaal nummer over antisemitisme van de overheidsuitgave “Aus Politik und Zeitgeschichte”. Met deze publicatie geven ze een tussenbalans van hun officiële onderzoek (begindatum februari 2024/looptijd twee jaar) naar de gevolgen van 7 oktober (het bloedbad van Hamas) voor de Joodse en Israëlische gemeenschap in Duitsland.
Die effecten zijn zeer ingrijpend. Onder de aanhoudende shock van die “zwarte shabbat” kregen en krijgen Joden/Israëli’s tot op vandaag ook nog eens een ware vlaag van antisemitisme over zich heen. Deze veranderde kwaliteit en kwantiteit van antisemitisch gevaar geeft tegelijkertijd oorzaak en noodzaak aan van de studie-opdracht aan Chernivsky en Lorenz-Sinai.
Tussen haakjes: parallel loopt in Israël een vergelijkbaar onderzoek. Beide studies baseren zich op diepte-interviews. Voor het Duitse onderzoek zijn inmiddels meer dan 80 personen bevraagd. De meesten van hen hebben familie- of vriendschapsbanden in Israël. Enkele respondenten bevonden zich op het tijdstip van de terreuraanval in Israël.
Deelnemers aan het onderzoek schilderen hoe zij emotioneel gevangenzitten in die 7e oktober. Alsof de tijd is stil blijven staan. Een mevrouw van midden dertig spreekt van “een nachtmerrie” die niet ophoudt. “Het is iets wat me elke dag bezighoudt.”
Een andere respondente, begin veertig, zegt: “Het is een insnijding in mijn leven. Ik heb het gevoel dat we nog altijd in oktober zijn. "De tijd is blijven stilstaan.” De gruwelen van 7 oktober waren “het ergste” wat mensen andere mensen kunnen aandoen. Israël beschouwt ze als haar familie, let wel heel Israël! In haar dagelijkse contacten met Duitsers bespeurt ze dat wij in een andere innerlijke wereld leven”. Weer andere Joodse geïnterviewden duiden dat als “een parallelle wereld” van Joodse en niet-Joodse Duitsers.
De Duitse onderzoekers onderstrepen dat 7 oktober 2023 in een lange geschiedenis van terroristische aanslagen op de Israëlische burgerbevolking staat, zonder ook maar iets te willen afdoen aan het specifieke weerzinwekkende karakter van dit nieuwe pogrom. Met deze moorddadige aanval zond Hamas immers een antisemitische boodschap van massavernietiging uit. Beelden en video’s van gefolterde gegijzelden ensceneerden dat doorlopend. Deze genocidale intentie van Hamas vatte een respondent van eind twintig als volgt samen: “Ik zou eigenlijk die aanval ook zo beschrijven, dat er een genocidale boodschap werd uitgezonden, die Joden en Jodinnen wereldwijd ook zo opgevat hebben.”
Bij geïnterviewden met een Joods-Oekraïense achtergrond reactiveerde de terreuraanval van Hamas van 7 oktober de herinnering aan de Russische overval op Oekraïne van 22 februari 2022. Zo schildert een 50-jarige Oekraïense vluchtelinge, wier zoon in het Israëlische leger dient, “haar bevinding van de pogrom alsnog een persoonlijk trauma”. Ze kon niet meer eten, voelde zich verschrikkelijk slecht. “Gelukkig had ik contact met mijn zoon, maar dan hoor ik wat er met de gegijzelden is gebeurd.” Een groot deel van de huidige Joodse gemeenschap in Duitsland ervaart een “parallelliteit” van terreur in Israël en van oorlog in Oekraïne, beklemtonen Chernivsky en Lorenz-Sinai. En dat is maatschappelijk grotendeels onbekend.
Welbekend en bijzonder schrijnend is de ervaring van Joodse gesprekspartners, zowel publiek als privé, dat Israël als de schuldige wordt aangewezen voor de huidige oorlog in Gaza en niet Hamas. Een regelrechte omkering van dader en slachtoffer. Alle Israëlische leed wordt of ontkend, of in twijfel getrokken. Een respondente van eind twintig rept van een fundamentele verandering in haar leefwereld. Na de eerste schok van de massamoord van 7 oktober zorgden de reacties van haar niet-Joodse omgeving voor een tweede. “Het is het zwijgen van de mensen, het totale gebrek aan medeleven dat mij ontsteld. Ons leed en leven worden op de een of andere manier anders gewogen.”
Verschillende geïnterviewden braken met linkse vrienden. Directe aanleiding was de eenzijdige, ronduit vijandige stellingname van de laatsten tegen Israël. Dat leidde bij Jodinnen en Joden tot ontgoocheling, gevoelens van isolement en het inzicht “alleen te staan”. Een eind dertiger verwoordde deze treurige persoonlijke situatie: “Wij staan er eenvoudig alleen voor. Niemand heeft zich bij mij gemeld. "En dat zijn ook allemaal zulke super linkse lui.”
Op de werkvloer klinken in de interviews evenzeer verontrustende geluiden door. Zeker, er zijn leidinggevenden die Joodse collega’s steunen en hen proberen op te beuren. Maar in diverse gesprekken komen gevallen van discriminatie, ja pesterijen, naar boven, allemaal in relatie tot Israël en de oorlog in Gaza. Een Joodse gesprekspartner van begin dertig sprak zijn leidinggevende aan op de antisemitische invallen van een zakelijke relatie. Hij kreeg te horen: “Jij gaat erin mee. We moeten ons niet tegen antisemitisme opstellen.” Op basis van hun gesprekken constateren Chernivsky en Lorenz-Sinai dat antisemitisme op de werkplek wordt “doodgezwegen”.
Wil je als Duitse Jodin of Jood relatief probleemloos je werk kunnen doen, dan moet je vooral je Joodse komaf, je rouw, je zorgen over verbale of fysieke aanvallen en je kritiek op Jodenhaat volledig voor je houden. “Enkelen resumeren derhalve dat ze de indruk kregen als Joodse persoon publiek-beroepsmatig niet meer te mogen bestaan.”
De conclusie die de tussenbalans van de studie van Chernivsky en Lorenz-Sinai oplevert, spreekt voor zich: “Antisemitisme doordringt het leven van de in Duitsland levende Jodinnen en Joden in velerlei opzicht en reikt van de werkomgeving tot op het nabuurschap en de eigen familie.”
In het vervolg van de studie zullen de onderzoekers ook de effecten van 7 oktober op Joodse kinderen en jongeren gaan traceren. Uit de huidige documentatie blijkt intussen dat bij veronachtzaming van het huidige trauma binnen de Joodse gemeenschap in Duitsland als resultante van 7 oktober en de vloed aan Jodenhaat daarna, het reeds broze vertrouwen tussen de niet-Joodse meerderheid en de Joodse respectievelijk Israëlische leefgemeenschappen compleet dreigt te verdwijnen.
Vandaar de krachtige oproep van beide onderzoekers: een duidelijk optreden van politiek en burgersamenleving tegen Jodenhaat in al zijn vormen is nu dringend geboden, inclusief een sterke inachtneming van Joodse ervaringen en perspectieven. Dát pas zal een Joodse deelname aan het maatschappelijk leven zonder beperkingen mogelijk maken. Met deze behartenswaardige woorden sluiten Marina Chernivsky en Friederike Lorenz-Sinai hun exposé af. Dat roept een vraag op: kent hun noodzakelijke onderzoek ook een Nederlandse pendant? Respons van harte welkom!
Bas Belder, historicus
Echt schokkend om te lezen dit. Bijvoorbeeld die man die van zn baas krijgt te horen "we moeten ons niet tegen antisemitisme opstellen". Wat is het volgende? Dat Joden ontslagen worden alleen omdat ze Joods zijn? Hopelijk komt er in Nederland ook zo'n onderzoek, lijkt me wel nodig. Want ik vermoed zelf dat het hier niet veel beter zal zijn...